Rijkswerkkamp Molengoot in Collendoorn bij Hardenberg was een van de ongeveer vijftig joodse werkkampen, die in Nederland in 1942 hebben bestaan. De Duitse bezetter wilde het joodse bevolkingsdeel flink in zijn greep houden en maakte daarbij gebruik van de voormalige kampen van de werkverschaffing. Deze werkkampen waren in de jaren dertig al opgericht om werklozen aan het werk te zetten. De meeste van deze inrichtingen lagen in het oostelijke deel van Nederland.
In Overijssel lagen maar liefst tien van deze tot joodse werkkampen ingerichte locaties. Alleen in Drenthe lagen er meer: dertien. In de lente van 1942 kwamen in Overijssel voornamelijk Amsterdammers terecht in kampen als Arriën, De Conrad, De Vecht en Molengoot, in de zomer van datzelfde jaar werden Groningers naar onder andere Twilhaar, Balderhaar en Kloosterhaar gezonden.
Op 2 en 3 oktober 1942 werden al deze werkkampen in een landelijke actie leeggehaald en werden de mannen, onder het mom van gezinshereniging, naar Westerbork getransporteerd. De achtergebleven gezinsleden werden van huis gehaald en bij hun mannen en vaders gevoegd. De gezinshereniging was van korte duur. Enkele dagen na aankomst is vrijwel iedereen (ruim 12.000 personen) doorgestuurd naar de vernietigingskampen.
Kamp Molengoot bij Hardenberg was één van die vijftig werkkampen. Dankzij de vondst van brieven in 1997 kwam de vergeten geschiedenis van het kamp weer tot leven.
(Naar: Rijkswerkkamp Twilhaar - Alex Alferink en Jan Fikken - 2003)